EENDEN KUNNEN TELLEN
Ze zwom met één klein kuikentje in haar nabijheid alsmaar op en neer bij een rooster onder het kruispunt door. Daarachter moesten zich ongetwijfeld meer kuikens bevinden, dat begrepen wij ook. Die waren tussen de spijlen door geglipt.
Ineens was daar de brandweer van Hengelo met een man of tien. Ze bekeken de toestand op de beek, haalden gereedschap uit de auto, daalden af naar het rooster, maakten het met enige moeite los en vingen een voor een de kuikens. Nummer 2, 3, 4, 6, 8…. Was het dat? Waren er nog meer?
Jaaaaa, krijste de moedereend, ga door. Mijn gezin is nog niet volledig. De brandweermannen begrepen de hulpkreet. Ja, nog één: 9. En nog één: 10.