43 | STAMSNIJDERTJE SPELEN

De nationale titelstrijd bij het veldrijden staat op de rol. Komend weekend gaan de crossers in Hoogeveen op jacht naar de roodwitblauwe trui. Mooi moment om de cross-avonturen van Jos nog eens onder de loep te nemen. Want, zoals de iets jongere Rob Kleinsman mij onlangs vertelde, in de tijd toen Jos nog volop croste, kon niemand van hem winnen. “Als hij als amateur en prof ook volop was gaan crossen, had ik het willen zien”, aldus Kleinsman. “Dan hadden Stammie en Herman Snoeijink er een enorm grote concurrent bij gehad.”

We gaan even terug naar de tienertijd van Jos. Hij was adspirant en na de nieuwe indeling was hij nieuweling en junior voor hij amateur zou worden in 1977. Hij werd één keer Nederlands kampioen bij de adspiranten, één keer bij de nieuwelingen en twee keer bij de junioren. In die fase van zijn loopbaan verloor hij slechts één keer een cross en dat was op het EK voor junioren in 1977 in het Poolse Jelenia Góra toen de Duitser Wicke er met de titel vandoor ging, omdat Jos niet in de gaten had dat hij de finish naderde. Jos: “Wicke stak de handen in de lucht. Ik dacht: waarom doet hij dat? Toen kon ik niks anders doen dan vreselijk balen. Bondscoach Cees Zoontjes had me moeten waarschuwen. Het EK was voor mij de belangrijkste wedstrijd en dan gebeurt dat. Ik heb op weg naar huis niet veel meer gezegd.”

Revanche nemen op het WK kon niet, want er bestond destijds nog geen WK voor junioren.

Het begon allemaal in de buurt van Jos’ ouderhuis in Hoge Hexel. Daar crosten Jos, broer Herman en neef Jonny erop los. “Ik heb daar speciale herinneringen aan”, vertelt Jos. “Daar speelden we Stamsnijdertje. Hennie was onze neef, een jaar of vier ouder en toen al een gerenommeerd veldrijder. Dat wilden wij ook.”

Jos’ eerste NK – in 1974 in Valkenswaard – was meteen een gouden medaille. 1. Jos Lammertink, 2. Rinie van Dijk, 3. Wim de Laat. “Mijn vader was er altijd bij, maar had die week enorm last van zijn rug. Hij kon niet mee, moest plat liggen. Dat was heel jammer. Ik herinner me dat we thuiskwamen met de roodwitteblauwe trui en een grote bos bloemen. Mijn vader lag in bed.” (zie foto boven)

In 1975 in Helvoirt werd het erepodium gekaapt door AWV De Zwaluwen uit Almelo (foto). Goud voor Jos, zilver voor broer Herman, brons voor Hans Boom. Het NK was typerend voor het hele seizoen. De Zwaluwen beheersten alle wedstrijden waaraan ze deelnamen.
Jos werd junior en ging door met winnen. Hij reed met zijn vader doordeweeks al naar Cadier en Keer waar het NK gehouden zou worden. “Daar nam hij vrij voor”, zegt Jos. “We probeerden een tandwiel uit, waarmee ik daar met de lichtste versnelling op de steilste bult naar boven kon rijden. We hadden ons optimaal voorbereid, terwijl ik toentertijd elke wedstrijd heer en meester was. Maar wat wil het geval, het regende die dag. Ik moest veel lopen en weinig fietsen. Mijn voordeel was weg.”
Althans dat leek zo. Jos had bij de finish even goed minuten voorsprong op de nummer 2 Jos van Gerwen en de nummer 3 Peter Winnen.

Een jaar verder was het NK dichter bij huis. In Berg en Dal bij Apeldoorn op 16 januari 1977 ging de titelstrijd andermaal van een leien dakje. 1. Jos, 2. Berry Zoontjes, 3. Peter Damen.

Eenmaal amateur was het gedaan met crossen. Op voorspraak van Amstel-ploegleider Herman Krott focuste Jos zich op de wegwedstrijden. De liefde voor het veldrijden bloedde dood. Maar Kleinsmans stelling dat Jos bij de amateurs en profs ook een sterke veldrijder geweest zou zijn, werd een enkele keer wel bewezen. Want soms pakte Jos in de winter een wegfiets en ging ermee het veld in. Bij een crossfiets zitten de commandeurs (versnellingshendels) aan het stuur, dan hoef je het stuur niet los te laten. Bij een wegfiets zit de versnellingen op de schuine buis. “Dat is een nadeel”, zegt Jos, “want je moet met dat gehobbel bij elke verandering van versnelling met je hand van het stuur en het is ook irritant, omdat die hendels in de weg zitten als je de fiets op de nek draagt.”
In het Oldenzaalse Hulsbeek reed de landelijke top mee. Jos kwam net terug van een 14-daagse zonvakantie in Torremolinos. “Ik zag eruit als een neger, maar aangezien ik in Oldenzaal woonde, besloot ik toch maar mee te doen. Hij schreef zich in en won daar geheel onvoorbereid de wedstrijd voor mannen als Scheffer, Stamsnijder en Snoeijink. Scheffer werd enkele weken later derde op het wereldkampioenschap”, glimlacht de oud-kampioen.

Wat leuk is: tientallen jaren later zat Jos na een veldtoertocht in Beltrum gezellig met een bokbiertje aan de bar. Gerrit Scheffer was er ook en ze spraken over het verleden. “Dat jij eigenlijk nooit gecrost hebt”, zei Gerrit. Jos herinnerde hem aan die nationale cross in het Hulsbeek. “Ik heb je daar zelfs geklopt, zei ik. En niet eens op een crossfiets, maar gewoon op mijn wegfiets”. Scheffer ontkende dat. Ik heb hem toen het verslag van die wedstrijd, dat destijds in de Twentsche Courant stond, gefaxt. Het was waar.”

Eens te meer is duidelijk dat Rob Kleinsman het gelijk aan zijn zijde had. Stel dat Jos ook als amateur en prof was blijven veldrijden…

Jos wint het NK in Helvoirt met voorsprong 


Jos en zijn clubgenoten broer Herman (links) en Hans Boom bezetten namens De Zwaluwen het erepodium in Helvoirt.

Jos snelt naar de finish van het NK in Apeldoorn (januari 1977).