DE DAG DAT DE LAATSTE TUKKER HET LICHT UITDEED
KEES
29-05-2021
Hij is al bijna 40 jaar supporter van FC Twente. Tot 2 jaar geleden was hij te vinden op Vak P, de laatste tijd zit hij met acht vrienden in vak 110. Hij was meer dan 100 (ik zeg honderd) keer van de partij bij een concert van Normaal. Zijn naam is Kees Kwakman. Ik sprak hem vanmiddag.
Zijn favoriete FC Twente-speler? NKufo (hij heeft een sjaal met diens naam erop), Prince Polley, Spira Grujic. Jeroen Heubach ook, ze zaten samen op dezelfde lagere school.
A.L. SNIJDERS IN HET PARK
20-5-2021
Nu de coronacijfers langzaam maar gestaag verbeteren en er ook op cultureel gebied meer kan en mag, vervolgt de Stichting Hengelo Leest de in 2020 gestarte reeks Schrijvers in het park met een optreden van A.L. Snijders op zondag 30 mei om 11.00 uur bij Paviljoen De Ontmoeting in het Hengelose stadspark Prins Bernhardplantsoen.
Van harte aanbevolen!
PS
Enkele dagen na deze bijeenkomst overleed Peter Muller alias A.L. Snijders. Ik koester de gesprekken die ik de dertigste mei met hem had, zowel voor als na de voorstelling. We hebben enorme gelachen zelfs.
PIET
NEST
LUUK
30-03-2021
Veel voetbalmannen en -vrouwen uit Borne wisten het wel. Sterker nog, een paar miljoen Nederlandse bondscoaches hadden liever Wout Weghorst dan Luuk de Jong geselecteerd zien worden voor Oranje. Frank de Boer – de enige echte bondscoach – had een fout gemaakt. Waar was Wout? Maar De Jong scoorde tegen de Turken en de Letten. Misschien had Weghorst dat ook wel gedaan, want de man is in vorm, dat bewijst hij bijna wekelijks bij Wolfsburg in de Bundesliga. Hij moet in Oranje, klaar. Niettemin wil ik even een lansje breken voor De Jong. Hij verzaakt nooit, is beresterk en is altijd onderweg, ijverig als hij is.
Tien jaar geleden speelde hij voor FC Twente, waar hij in 2009 als achttienjarige spits binnenkwam. Toevallig kwam ik, zoekend naar iets anders, de beelden tegen van de Europese wedstrijd FC Twente-Zenit St.Petersburg, uitslag 3-0, met twee schitterende doelpunten van Luuk de Jong. De 1-0 viel uit een voorzet van Chadli. De bal werd iets van richting veranderd maar De Jong kopte steenhard raak. De 3-0 was nog mooier. Theo Janssen zette de bal vanaf de linker zijlijn nogal hard voor. Dat was al prachtig, zo’n streep van een assist. Bij de tweede paal kopte De Jong raak. Fraai, heel fraai.
Dat gebeurde in maart 2011, tien jaar geleden. De fans van de FC beseften, maar ook de Nederlandse voetbalwereld wist, dat de twintigjarige spits uit Doetinchem een prettige opvolger was van Blaise NKufo. Hij scoorde regelmatig in Europese wedstrijden, maar ook in de eredivisie, zoals negen jaar geleden in die onvergetelijke wedstrijd tegen PSV in Eindhoven. Het werd 2-6 en De Jong scoorde weer magnifiek met een zwevende kopbal en leverde bovendien drie beslissende assists. Dat seizoen werd hij topscorer van de eredivisie met 32 goals.
Ik wil maar zeggen. Kritiek op De Jong mag best (hij is ietwat houterig, misschien niet snel genoeg, technisch matig) maar pas op: hij staat er meestal wel als het moet. Hij kan heel goed koppen, verzet bergen werk voor zijn ploegmaten en scoort regelmatig.
Misschien kan hij samen met Weghorst naar het EK.
PS. Dit is mijn laatste column voor TwenteSport, de website die ik samen met Eddy van der Ley opgericht heb in 2007. Een jaar of vijf geleden nam Han Pape de site over. Ik bleef elke dinsdag een column schrijven voor de site. Daarmee stop ik nu. Het is mooi geweest.
TON VAN DALEN AL 15 JAAR UIT DE TIJD
Die sonore bas. Ik hoor hem nog brommen. “Als er nieuws is, bellen we wel” of “Schijnt dat Piet Huppelepup bij Feyenoord vertrekt. Maar je hebt het niet van mij.” Dwingende toon. Doe er wat mee, bedoelde hij.
Vaak was hij ook aardig met die specifieke smile van hem. Sigaret tussen zijn geel uitgeslagen vingers.
Ton van Dalen. Kent u hem nog?
Vanavond is het vijftien jaar geleden dat hij in Jazzcafé De Tor in elkaar zakte en nooit meer opstond. Hij was net binnen, had een paar biertjes gehaald bij de bar en wilde een plaatsje zoeken om samen met een mede-jazzliefhebber naar een concert te luisteren.
Ik kende Ton als collega journalist toen hij bij de Twentsche Courant chef van de sportredactie was en ik verslaggever was bij Radio Oost. Hij werd daarna manager van FC Twente, was dat ook een tijdje bij FC Groningen en werd daarna spelersmakelaar. Hij begeleidde oa Jaap Stam, Sander Boschker en Sander Westerveld. Zelf voetbalde ik met hem bij FC Circus, de excentrieke zaalvoetbalclub waarvan hij keeper was. Dat kon hij goed, hoewel zijn massieve lichaam hem daarbij goed van pas kwam. Overigens, niet alleen de tegenpartij, ook de scheidsrechter was zijn tegenstander. Het gebeurde vaak dat hij twee minuten straftijd kreeg, die na een protest kreet binnen een seconde verlengd werd tot vijf en soms na een nog luidere krachtterm tot tien minuten.
Maar wat zeker zo interessant was, dat was zijn passie voor jazz. Ik stelde hem soms op de proef. “Vind jij het nieuwste album van Dr. John ook tegenvallen, Ton?”
Dan keek hij me vuil aan en bromde: “Hou jij je nou maar bij Elvis Presley en Corrie Konings.”
Altijd leuk.
Ton bezat over de tienduizend lp’s en cd’s op jazz- gebied en ook talloze boeken. Die haalde hij vaak rechtstreeks uit de USA. Daarnaast had hij kasten vol sportboeken. Na zijn overlijden ging zijn neef Patrick in Tons appartement in hartje centrum wonen. Hij verkocht op enig moment een deel van de muziekcollectie. Na een verhuizing sloeg hij meer dan de helft op in een ruimte van de verhuizer. Daar brak een jaar geleden brand uit en was alles weg. Ook de boeken en andere spullen. Helaas.
De markante, eigengereide voetbalman Ton was vrijgezel. Hij is zestig jaar geworden. Bij zijn afscheid in de grote kerk op de Oude Markt droegen bekenden van hem zoals Henk Kesler, Theo Vonk, Johan Derksen en zijn neef Henk Brusse de kist.
Ik zie nog voor me hoe hij een paar zondagen eerder de trappen van het toenmalige Arke Stadion beklom richting zijn vaste plek bovenin. Heel erg moeizaam. Hij stopte drie keer. Dat was toen al een veeg teken. Op 5 februari 2006 begaf zijn hart het. Twee dagen na het concert in De Tor.
(foto: links Ton van Dalen, rechts Jan Sörensen)
Pim
Mijn oom moest er altijd om lachen. Hij woonde in de buurt en informeerde bijna wekelijks welke klus er in het naderende weekend voor mij op de rol stond. En als ik dan meldde dat ik naar het Overijssels kampioenschap cq NK veldrijden moest of naar een belangrijke cross in de regio, kwam er een grijnslachje op zijn gezicht. “Dat is geen sport”, zei hij dan. “Met een fiets op je nek door een soppend weiland slingeren of over een modderig maisland peddelen, dat is onzinnig”, zei hij dan. “Wie doet zoiets? Wie heeft dat ooit verzonnen?”
Ik reageerde dan meestal met de opmerking dat ik er met plezier naar toe ging, dat ik die atleten zeer bewonderde, dat ik het knap vond hoe die acrobatische stuurmanskunstenaars fietsend en lopend met elkaar in duel gingen. Mijn oom was een voetbalman. Andere takken van sport waren nauwelijks aan hem besteed, hoewel autoracen hem ook wel kon boeien en ik verdacht hem ervan dat hij ’s nachts met plezier uit bed kwam om een fiks bokspartijtje uit de VS op zijn tv te aanschouwen. Dat was het zo ongeveer. Om veldrijden oftewel cyclecross moest hij lachen. Ook hardlopen over “hekjes”, zoals hij zei (horden) en dansjes doen met paarden vond hij zinloos. De military van Boekelo kon zijn goedkeuring wel wegdragen, zo merkte ik altijd. Mijn oom was niet erg consequent in zijn voorkeuren en zeker niet genuanceerd.
Ik probeerde hem vaak uit te leggen dat we in onze regio met mannen als Stamsnijder, Snoeijink, Scheffer, Lammertink lekker meededen op (inter)nationaal niveau. Later kwamen Maarten Nijland en Sophie de Boer erbij en nog een heleboel anderen. Want er was en is hier altijd veel talent, dat vaak boven kwam drijven door de Gelders-Overijsselse competitie die jaarlijks in de winter gehouden wordt. Net toen het een beetje gedaan was met een topper op hoog niveau, was daar een paar jaar geleden Pim Ronhaar (foto) uit Hellendoorn. Hij werd nationaal kampioen bij de junioren en daarna bij de beloften en pakte zaterdag op heroïsche wijze de wereldtitel. Schitterend. We gaan hem uitgebreid volgen de komende jaren. Hij kan overigens ook goed mountainbiken. Fijn voor de wielersport in de regio.
En mijn oom? Hij is al jaren uit de tijd, maar zou er ongetwijfeld zijn schouders over opgehaald hebben, zeker als hij de wedstrijd op het strand van Oostende gezien zou hebben. Dat geploeg met je fiets door het mulle strandzand. Daar had hij om moeten lachen.
Maar ik genoot ervan. Gefeliciteerd Pim. Van harte.